starnieuws

6 Surinamers geselecteerd voor masteropleiding in Nederland

26 Jul, 20:47

De Nederlandse ambassadeur Walther Oostelbos (midden) met de studenten: Rebekka Torsoh, Akaash Jhinkoe, Agir Axwijk, Xaviera Plet. (Foto: René Gompers)
22 personen uit Indonesië, Nigeria, Sri Lanka, Zuid-Afrika en Suriname zijn geselecteerd om een specialistische masteropleiding te gaan volgen, volledig gefinancierd door de Nederlandse overheid. Dit heeft te maken met een Cultural Heritage programma van Nederland. Het voormalige moederland is ook bereid om 'buitgemaakte cultuur goederen' terug te geven. Ruim 10.000 voorwerpen zouden aan Suriname teruggegeven moeten worden. Nederland is  ook van plan  te helpen met het opzetten van de infrastructuur om de cultuurgoederen te huisvesten en te beheren in de landen die aan het programma deelnemen.

Het programma wordt  gefinancierd door het ministerie van Buitenlandse Zaken en beheerd door NUFFIC (Nederlandse organisatie voor internationalisering in onderwijs). Uit de 5 landen hadden 44 personen zich aangemeld voor de beurs. Er zijn 22 geselecteerd, 6 zijn Surinamers: Agir Axwijk, Amos Constant, Akaash Jhinkoe, Rebekka Torsoh, Xaviera Plet, Jõvan Samson. 4 bursalen zijn dinsdag - Samson en Constant konden er niet bij zijn- in aanwezigheid  van sleutelfiguren die met de Surinaamse kunst, cultuur en geschiedenis te maken hebben, uitgezwaaid bij de residentie van de Nederlandse ambassadeur Walter Oostelbos.

De opleidingen beginnen in september en gaan een jaar duren. Axwijk gaat masteren in Global History and International Studies bij de Vrije Universiteit Amsterdam. Constant, Jhinkoe, Torsoh in  Arts and Heritage, Policy, Management and Education bij de Maastricht University. Plet in History and Heritage Consultancy bij de Rijksuniversiteit Groningen en Samson in Heritage and Museum Studies bij Universiteit Leiden.

"De mogelijkheid voor jullie om volledig gefinancierd een master te volgen is een van de concrete stappen die Nederland heeft genomen als antwoord op een rapport uit 2020 van de adviescommissie Nationaal Beleidskader Koloniale Collecties (ook wel commissie Koloniale Collecties genoemd)," geeft Oostelbos aan. "In dat rapport constateert de commissie onder meer dat in de koloniale tijd heel veel cultuurgoederen tegen de wil van hun eigenaren naar Nederland zijn gebracht. Bijvoorbeeld als oorlogsbuit. En dat het historisch onrecht zichtbaar is in de koloniale collecties van de Nederlandse musea tot de dag van vandaag."

Oostelbos haalt ook het advies aan van Lilian Gonçalves-Ho Kang You, voorzitter van de commissie Koloniale Collecties: "De uitgangspunten van het beleid  over de koloniale collecties in Nederlandse musea zou moeten bestaan uit erkenning van onrecht en de bereidheid om dat onrecht zoveel mogelijk te herstellen. En Nederland moet daarom bereid zijn om in voormalig Nederlandse koloniën buitgemaakte cultuurgoederen onvoorwaardelijk terug te geven als het land van herkomst hierom vraagt"

De ambassadeur deelt genoeglijk mee: "De Nederlandse regering heeft dat advies om de cultuurgoederen terug te geven niet alleen overgenomen maar is bovendien bereid om de 5 landen waarom het gaat te ondersteunen bij het opzetten van infrastructuur, het opleiden van deskundig personeel, gezamenlijk onderzoek en kennisuitwisseling."

Inmiddels is een inventaris opgemaakt en is gebleken dat meer dan 10000 voorwerpen terug kunnen komen naar Suriname, geeft de ambassadeur aan: "Die zijn daarvoor al geselecteerd. Alleen moet er een infrastructuur komen om dat straks hier te kunnen plaatsen en te beheren."

Oostelbos richt zich tot de geselecteerden: "Daarom gaan jullie naar Nederland. Daar is het Cultural Heritage programma voor in het leven geroepen. Het is een belangrijke stap in de richting die wederzijdse samenwerking op het gebied van cultureel erfgoed tussen Nederland en de 5 herkomstlanden. Met dit programma bevestigt Nederland zijn betrokkenheid bij bevorderen van begrip, samenwerking en kennisuitwisseling. Tegelijkertijd bieden we een waardevolle kans aan toekomstige leiders in dit vakgebied om hun vaardigheden te ontwikkelen en bij te dragen aan de bescherming van ons gedeelde erfgoed."

Advertentie