starnieuws

Scholieren binnenland altijd kind van rekening

30 Apr, 12:54
Het totaalbedrag dat uit de begroting van het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur is gereserveerd voor de ontwikkeling van het onderwijs in het binnenland voor het dienstjaar 2024, is op zijn zachts uitgedrukt, beschamend. Gezien de huidige inflatoire realiteit en de uitgestrektheid van het gebied, kan geen enkel weldenkend mens ervan uitgaan dat dit bedrag toereikend zal zijn om de onderwijsnoden te kunnen dekken voor dit jaar.  

Voor elk segment van het onderwijs in het binnenland dat je kan bedenken, is er een probleem. Dit is niet iets van vorig jaar of het jaar daarvoor. Al decennia weet politiek Paramaribo als geen ander wat de tekortkomingen zijn in het onderwijsveld van het binnenland. Regeringen op regeringen inventariseren alles, maar er komt maar geen afdoend respons op het geconstateerde euvel.  

De huidige transportperikelen van leerkrachten naar het binnenland zijn bijvoorbeeld een veel complexe materie dan wordt aangenomen. Als je naar Moengo, Abina of Nickerie gaat, heb je de mogelijkheid om over de weg te rijden. Maar als je naar het binnenland moet gaan, is boot of luchttransport geen alternatief, maar een noodzaak. De schoolgaande kinderen in het binnenland zijn altijd kind van de rekening als gevolg van het belabberde beleid van opeenvolgende regeringen. Dit komt mede door het ondermaatse budget dat beschikbaar wordt gesteld vanuit de begroting van het ministerie. Daarmee kan tal van zaken niet op een verantwoorde en respectabele manier worden aangepakt. Het blijft dus dweilen met de kraan open in het onderwijsveld van het binnenland.

Sedert mijn jeugdjaren heb ik meegemaakt dat politiek Paramaribo op een stiefmoederlijke wijze kijkt naar de ontwikkeling van het onderwijs in het binnenland. Ik heb zelf jaren zeker een afstand van 5 km dagelijks moeten lopen in het district Marowijne vanuit mijn huis naar Moengo, om onderwijs te kunnen volgen. Na tientallen jaren is deze situatie niet verbeterd, want schoolkinderen in het binnenland worden nog steeds geconfronteerd met transportperikelen. Het kanaliseren van middelen naar dit gebied is altijd een discussiepunt vanuit het ministerie van Financiën. De prioriteitsstelling is er altijd zo iets van laat het binnenland even wachten, het is niet zo belangrijk.

In mijn optiek is dit een totaal verkeerde benaderingswijze van dit ontwikkelingsaspect. Juist het binnenland met een beschamende ontwikkelingsachterstand op elk maatschappelijk terrein, zou een voorkeur moeten krijgen om deze achterstand ten opzichte van het kustvlakte in te lopen. Elk jaar weer na de kerst-, Paas- en grote vakantie is het een jeremiade om de leerkrachten weer op hun standplaatsen in het binnenland te krijgen. De vervoersperikelen kunnen maar niet structureel worden aangepakt. De schoolkinderen met een reeds fragiele basis verliezen zo onnodig schooldagen en dit is absoluut niet bevorderlijk voor het opvijzelen van hun kennisniveau. Wanneer ze uiteindelijk in de zesde klas komen te zitten hebben ze dan niet het niveau om succesvol deel te nemen aan de landelijke toets.

We hebben verder ook nog zaken als de fysieke faciliteiten van schoolgebouwen en onderwijzerswoningen die in vele gevallen verre van ideaal zijn. Het is tevens publieksgeheim dat het binnenland te kampen heeft met het fenomeen bevoegde leerkrachten. Er zijn heel wat gevallen waarbij leerkrachten van kleuter A en B niveau, lessen verzorgen in de vijfde en zesde klas van de basisschool in het binnenland. Deze situaties worden nergens in Paramaribo geaccepteerd, maar wel in het binnenland. Daar moeten de leerkrachten ook vaak genoeg met het licht van hun mobiele telefoons in de avonduren repetitiewerken corrigeren en lesvoorbereidingen maken.

Ettiré Patra

Advertentie