De strijd om het Javaans Nieuwjaar tot een nationale dag te verheffen is gestreden. We hebben die strijd gewonnen, maar er is nog veel meer om voor te strijden”, zei Somohardjo "Samen staan we sterker door strijd" hield de bewindsman zijn gehoor voor. De bewindsman vermeldde, dat eenheid onder de Javanen ervoor heeft gezorgd dat zij nu ook hun eigen dag hebben. “Door de eenheid die wij Javanen hebben laten zien, heeft de regering Santokhi/Brunswijk ons deze dag gegeven. Elke grote groep in Suriname heeft haar eigen dag en wij moesten onze dag delen met onze Inheemse broeders en zusters”, zei Somohardjo. Volgens hem verdienen de Javanen deze vrije dag voor het helpen opbouwen van Suriname, en erkenning dat zij ook moeilijke tijden meemaken en daarom zullen blijven werken en strijden voor een sociaal Suriname. Hij is daarom trots op de ruim 65.000 Javanen in Suriname die vechten voor de erkenning van hun bestaan.

Eskak sprak over het thema van deze activiteit, namelijk de processen van het geloof, wat betekent een roep naar groei in geestelijke zin, een roep naar geloofsgroei met als uiteindelijke doel, een goede basis creëren voor een betere en rechtvaardige gemeenschap, met gelijke kansen voor iedereen. Paul Somohardjo merkte op dat eenheid macht maakt. Hij richtte ook een woord van dank aan de president en vicepresident, dat de Javanen na 134 jaar in Suriname hun eigen dag mogen hebben. Verder moedigde hij de groep Javanen aan om de strijd te blijven voeren. “Met onze wilskracht kan niemand ons tegenhouden”.