NDP voorzitter Jennifer Geerlings-Simons bleef lang stilstaan bij 25 februari 1980. Maandag is het 45 jaar geleden dat 16 sergeanten een staatsgreep hebben gepleegd. Simons bracht in herinnering hoe mensen vliegtuigen vol het land verlieten in 1975 omdat ze geen toekomst in het land zagen. Zij voerde aan dat ondanks de problemen de jaren tachtig een tijd is geweest van enorme motivatie en enthousiasme. "We konden plotseling zien dat wij zelf dingen konden doen. We konden zien dat Suriname op zichzelf kon vertrouwen. We konden plotseling zien dat wij inderdaad op onze eigen benen konden staan en het land zelf zouden kunnen ontwikkelen. We zagen vooral dat wij met elkaar konden werken", stelde de partijvoorzitter.

Elke keer als de NDP aan de macht is, is het omdat het volk moe is van de armoede waarin regeringen de mensen hebben gedompeld. Er is volgens Simons weer een revolutie nodig maar nu zonder wapens. "Een revolutie van denken. Een revolutie met het rode potlood op 25 mei. We hebben vaker meegemaakt dat de bevolking in armoede is geraakt om verschillende redenen.  Maar wat we nu de afgelopen vijf jaar hebben meegemaakt, dat slaat alles. Ala den regering san mi mek' mee ini mi libi, inclusief die van ons. Alle regeringen maken fouten, maar ik heb nog nooit in mijn leven zo een regering gezien. Een regering die werkelijk niets te maken heeft met wat er met het volk gebeurt", stelde de partijleider. Zelfs het IMF moest vertellen dat het sociale programma niet deugde. Nu moet er iets fundamenteels anders gebeuren. 

Simons voerde aan dat "wij scholen willen en geen politiebureau. Wij willen een goed draaiend ziekenhuis en niet een nieuw ministerie van Volksgezondheid waarin een minister zit die niets weet van volksgezondheid". De partijvoorzitter zei dat er hard gewerkt moet worden met iedereen samen voor een betere samenleving. Ondervoorzitter Sergio Akiemboto legde de nadruk op de productie, waarbij ondernemers incentives moeten krijgen om te kunnen produceren. Alle sprekers voerden aan dat deze regering naar huis moet. De president zal volgens André Misiekaba met volkseer naar huis worden gestuurd. Hetzelfde geldt voor de ABOP.