Krenten legde in haar repliek de nadruk op de verschillende verklaringen die werden afgelegd door de verdachten en het feit dat slechts die twee personen met de man in het huis waren. 

De advocaat van beide verdachten, Arjan Ramlakhan, voerde bij dupliek aan dat de verschillen in de verklaringen zo miniem waren dat ze te verwaarlozen zijn. De advocaat legde de nadruk op de verklaring van het slachtoffer. Hij  verklaarde dat het niet de twee verdachten, zijn echtgenote en zoon, konden zijn die hem de kapverwondingen zouden hebben toegebracht. Bovendien zei hij dat toen hij wakker schrok, zijn vrouw sliep en zijn zoon daarna aankwam. Ramlakhan bleef erbij dat er slecht politioneel onderzoek was verricht en persisteerde bij zijn eerder gevoerd pleidooi. 

De magistraat ging mee met de advocaat en concludeerde dat uit de beschikbare bewijsmiddelen niet konden worden vastgesteld welke van de twee verdachten het feit zou hebben gepleegd als zij het tezamen hadden gepleegd. Ook het feit dat bij reconstructie de politie tot de conclusie kwam dat een ander scenario niet was uitgesloten, nam de magistraat mee in haar beslissing en sprak beide verdachten, die op de vorige zitting in vrijheid werden gesteld, vrij wegens gebrek aan bewijs.