De Verenigde Staten heeft aangekondigd dat het US$ 2,5 miljoen hulp zal bieden aan Venezolanen die de economische crisis in hun thuisland zijn ontvlucht en wonen in het naburige Colombia. Venezuela kampt met een ernstig tekort aan medicijnen en basisgoederen.

De VS zegt dat het geld zou zorgen voor vluchtende Venezolanen en de Colombiaanse gemeenschappen die hen hielpen met voedselhulp en medische hulp. Colombiaanse functionarissen schatten dat de afgelopen jaren ongeveer 600.000 Venezolanen de grens zijn overgestoken.

De Verenigde Naties (VN) heeft de uittocht uit Venezuela naar de buurlanden een "humanitaire ramp" genoemd. De aankondiging van "deze eerste en onmiddellijke inzet van US$ 2,5 miljoen" is gedaan door de beheerder van het Amerikaanse Agentschap voor Internationale Ontwikkeling (USAID), Mark Green. Hij legt de schuld voor de Venezolaanse uittocht op de regering van president Nicolás Maduro. "Helaas is deze crisis in Venezuela, die nu in de bredere regio terechtkomt, door de mens veroorzaakt - het resultaat van aanhoudend politiek wanbeheer en corruptie door het Maduro-regime", stelt Green.

De Amerikaanse regering heeft zeer kritisch gestaan tegenover president Maduro en heeft sancties tegen hem en andere hooggeplaatste leden van zijn regering en het leger ingesteld. Maandag tekende de Amerikaanse president Donald Trump nog een uitvoerend bevel waarbij Amerikaanse bedrijven en burgers werden uitgesloten van het handelen in de crypto-valuta van Venezuela, de Petro.

De economische en politieke crisis in Venezuela was ook één van de belangrijkste discussiepunten in een ontmoeting tussen de Colombiaanse president Juan Manuel Santos en de Braziliaanse president Michel Temer op dinsdag in Brasilia. Hoewel het aantal Venezolanen dat naar Brazilië is overgestoken naar schatting meer dan tienduizenden bedraagt in plaats van honderdduizenden die naar Colombia zijn getrokken, voelen Braziliaanse grensstaten de druk.

Dinsdag werden Venezolanen die verbleven in een gebouw die ze hadden gekraakt in de stad Mucajaí in de deelstaat Roraima in het noorden van Brazilië, verdreven door bewoners die boos waren over de moord op een lokale bewoner. Ongeveer 300 inwoners protesteerden voor het gebouw en verbrandden de bezittingen van de Venezolaanse migranten nadat de politie zei dat de twee verdachten in de moord Venezolaanse staatsburgers waren.

Advertentie