starnieuws

Column: Eduardo Galeano, bedankt!

27 Apr 2015, 11:36
Twee weken geleden is Eduardo Galeano overleden. Galeano is één van de belangrijkste Latijns-Amerikaanse intellectuelen met een enorme invloed op de manier waarop kritische mensen naar Latijns Amerika kijken. Zijn belangrijkste boek De aderlating van een continent heb ik lang geleden in één dag uitgelezen. Hij wist details uit de geschiedenis een zodanige plek te geven dat je in één klap weet wat de essentie is van een historische gebeurtenis.

Galeano begint direct met de mythe van Columbus te ontzenuwen. De reizen van Columbus waren geen wetenschappelijke ontdekkingsreizen, zoals Eurocentrische historici in de schoolboeken hebben laten opnemen. Columbus was geen ontdekkingsreiziger, maar een ordinaire boef en bandiet die in één ding geïnteresseerd was: goud. Columbus had aantekeningen gemaakt in het boek van Marco Polo over diens reizen naar Azië. Daarin vertelde Polo over het geheimzinnige eiland Cipango (één van de Japanse eilanden) waar de inwoners enorme hoeveelheden goud bezaten en de mijnen waar het gevonden werd, nooit uitgeput raakten.

Columbus, een Italiaan die met een Portugese vrouw was getrouwd en in Portugal woonde, probeerde eerste de Portugese koning in 1484 te interesseren voor zijn idee om een zeeroute via het westen te vinden naar Azië in plaats van de landroute die heel lang duurde. Maar de Portugese koning zag meer heil in een plan om langs Afrika een zeeroute via het oosten te vinden. Het jaar daarop vertrok Columbus naar Spanje en begon bij het Spaanse koningshuis te lobbyen om geld voor zijn expeditie. Maar die zag er geen brood in totdat in 1492, zeven jaar later, de oorlog tegen de moslims eindigde in een overwinning door de val van Granada, het belangrijkste moslimbolwerk in Europa. De schatkist was leeg en toen pas ontstond interesse bij de Spaanse koning om diens expeditie te financieren. Galeano legt een verband die Eurocentrische historici niet leggen, namelijk de nederlaag van de moslims in Granada en de expeditie van Columbus in 1492.

De Spaanse koning legde het geld op tafel. Van de opbrengsten van de militaire verovering van de gebieden in Azië zou de koning – de hoofdboef - 90% krijgen en Columbus 10%. Hij zou wel de titel van gouverneur krijgen. Zijn uiteindelijke doel was om de Khan te ontmoeten. De koning gaf hem geloofsbrieven mee voor de Khan. Marco Polo had geschreven dat de Aziatische heerser – de Khan – de Europeanen welwillend gezind was. Columbus heeft altijd gedacht dat hij in India was terechtgekomen. Daarom noemde hij de mensen indianen. Het is alsof een Marokkaan die een weg zoekt naar China per ongeluk in Amsterdam belandt en de Amsterdammers Chinezen noemt.

De mentaliteit van Columbus tekent de mentaliteit van de heersende klasse van Europa. Het is de mentaliteit van de rover en bedrieger. Columbus vertrok op de eerste reis (hij zou er vier maken) met drie schepen (Pinta, Niña en Santa María) op 3 augustus uit Palos. Een notaris moest de veroveringen officieel te registreren. Tolken die Grieks, Arabisch en Hebreeuws beheersten, gingen mee. Ambtenaren van de koning vergezelden hem om alles te controleren.

Het koningshuis had de afspraak gemaakt dat degene die het eerst land ontdekte met een lamp moest seinen naar de andere schepen en moest schreeuwen: “Land! Land!” Die zou 10.000 maradevi’s (goudstukken) als beloning ontvangen. Op donderdagavond 11 oktober 1492 seinde Rodrigo de Triana vanuit de Pinta naar het vlaggenschip Santa Maria en riep: “Land! Land!” Maar Columbus liet in zijn dagboek noteren dat hijzelf om 22.00 uur ’s avond vóór Rodrigo land had gezien. Maar hij had niet geroepen 'Land' en ook niet naar anderen geseind. Wel had hij Pedro Gutiérrez, een ambtenaar van de koning bij hem geroepen, die dat bevestigde. Hij had de man natuurlijk tyuku gegeven. Columbus kreeg de 10.000 goudstukken. Rodrigo de Triano frustreerde zo erg van deze christelijke daad dat hij zich tot de islam bekeerde en zich in Afrika vestigde.

De onbeschaafde en criminele mentaliteit blijkt ook uit de eerste ontmoeting met de Taino’s, de bewoners van het eiland Guanahani. Jonge mannen zwommen naar de schepen met fruit en snuisterijen om de bezoekers, die ze als gasten beschouwden, te verwelkomen. Columbus sloeg ze nauwkeurig gade vanuit het dek en liet in zijn dagboek noteren dat het meest opvallende was dat ze gouden oorringen hadden. Er was dus goud aanwezig. Bovendien schreef hij dat ze goede slaven zouden worden. Waar andere volkeren hun gastheer bedanken voor geschenken en zicht als gasten opstellen, was de eerste daad van Columbus een misdaad plegen, namelijk het kidnappen van zeven Taino’s als bewijs voor de koning dat ze goede slaven zouden worden. Dit was het beschavingsniveau van de Europese boevenbende die in de koloniale geschiedenisboeken is bestempeld tot nobele ontdekkingsreizigers en voor wie standbeelden zijn opgericht, nationale feestdagen zijn ingevoerd en naar wie publieke gebouwen, pleinen en straten zijn vernoemd.
Galaeno vermeldt dat de expedities van de meeste criminelen niet door de staat zijn gefinancierd, maar door particuliere ondernemers. De schurk Hernan Cortes, die het Aztekenrijk in Mexico veroverde, had een hypotheek genomen op al zijn bezittingen om zijn expeditie te financieren. De boef Francisco Pizarro, die het Inca rijk in Peru veroverde, was een ongeletterde varkensfokker die een gok nam met zijn misdadige onderneming.

Galeano legt in details uit hoe de Spaanse criminelen enorme hoeveelheden goud stalen en naar Europa brachten en met verdeel-en-heers taktieken en bacteriële ziekten de grote Inheemse rijken ten val wisten te brengen.

Hij citeert een brief waarin de Europeanen de Inheemsen voor de keuze stelden om zich te bekeren tot het christelijk geloof en zich vrijwillig te onderwerpen aan hun misdadige regime of hetzelfde gedaan te krijgen met geweld. De brief moest bij iedere militaire expeditie door de kapitein van het veroveringsleger worden voorgelezen in het Spaans zonder tolk, dus zonder vertaling. De tekst luidde: “Als jullie dit niet doen of als jullie de beslissing kwaadwillig uitstellen, geef ik jullie de verzekering dat ik jullie met Gods hulp gewelddadig tegemoet zal treden en op alle fronten en op alle mogelijke manieren zal bestrijden en onder het juk zal brengen, zodat jullie de Kerk en Hunnen Majesteiten zullen gehoorzamen en ik zal jullie vrouwen en kinderen afnemen en ik zal ze tot slaaf maken en als zodanig zal ik ze verkopen en ik zal over ze beschikken zoals Hunne Majesteiten bevelen en ik zal jullie goederen afnemen en ik zal jullie alle mogelijke leed en schade berokkenen…”.

Hugo Chavez gaf Obama in 2009 het boek van Galeano cadeau tijdens hun ontmoeting. Hij had de hoop dat kennis van de geschiedenis Obama zou kunnen overhalen om het Amerikaanse beleid ten aanzien van Latijns Amerika te wijzigen. Het Amerikaanse beleid wordt echter niet bepaald op basis van kennis, maar op basis van belangen. Galeano heeft met zijn boek laten zien dat dit de kern is geweest van de geschiedenis van Latijns-Amerika sinds 1492. Hij heeft ons een enorme dienst bewezen.

Ter ere van zijn verdiensten heb ik een glas geheven op deze denker en schrijver op de tonen van het lied van Burning Spear Columbus is a damned blasted liar.

Sandew Hira

Advertentie