starnieuws

Alliance leeft op door ingrijpende maatregelen

13 Feb 2015, 12:00

Rudy Soerodimedjo bekijkt de citrusaanplant van Alliance.
Het staatsbedrijf Alliance krijgt opnieuw de plaats die het vroeger had. Daartoe is er een aantal ingrijpende maatregelen getroffen, dat positieve resultaten heeft gehad. Zo is het aantal bomen van 300 naar 500 per hectare gebracht. Ook is de aanplant verjongd en heeft er een spreiding van de diversiteit plaatsgevonden. Dit zegt Gerrit Breinburg, president-commissaris van het staatsbedrijf.

Breinburg staat aan het hoofd van een delegatie die regelmatig bezoeken brengt aan het citrusbedrijf om de ontwikkelingen op de voet te volgen. Op dit moment staat een deel van de bomen in bloei. Volgens Breinburg is dit mogelijk dankzij de technische maatregelen die zijn getroffen om de aanplant er beter uit te laten zien en beter te laten produceren. Nieuw zijn de afstanden tussen de bomen, die vroeger 7 meter bedroegen. Kijkend naar de ontwikkelingen wereldwijd, waaronder Brazilië, is gemerkt dat de afstand tussen en in de rijen veranderd is. Tussen de rijen wordt nu een afstand van 4 tot 5 meter gehanteerd - genoeg om een machine erdoor te laten rijden -, terwijl in de rijen een afstand van 3 meter wordt gehanteerd. “Dat brengt het aantal bomen nu van 300 naar 500,” legt Breinburg uit.

Alliance was geruime tijd in een vergeethoek geraakt. Het vorige bestuur onder leiding van Rudy Soerodimedjo is – in overleg met het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV), begonnen om dit aan te pakken. Als eerste werd de aanplant gestabiliseerd en is er gedeeltelijk uitgebreid. Er is ook gewerkt aan spreiding van de diverse soorten. Breinburg geeft aan dat er onder meer bij de sinaasappels een bepaalde verhouding zal worden gebracht tussen de vroege bloeiers, normale bloeiers en late bloeiers. Daarmee wordt verzekerd dat een groot deel van het jaar geoogst kan worden. Ook bij de grapefruit is er diversiteit gebracht. Nagegaan wordt of er een kleine sapfabriek kan worden opgezet. Breinburg benadrukt evenwel dat het een aantal jaren duurt om een verwaarloosde aanplant opnieuw tot volle productie te brengen.

Faciliteiten nodig
Inmiddels is Soerodimedjo vervangen, maar het beleid van het bestuur waar hij leiding aan gaf, wordt voortgezet. De voormalige president-commissaris zit ook in de delegatie die Alliance regelmatig bezoekt om na te gaan hoe het bedrijf zich ontwikkelt. Hij vertelt dat er enorm hard is gewerkt om de productie te verhogen. Echter staat Alliance voor een aantal uitdagingen. “Als je praat over voedselschuur van het Caribisch Gebied, kun je Alliance onmogelijk vergeten. Met de weinige middelen die het van de overheid als subsidie krijgt, wordt toch geprobeerd een stap te maken richting daadwerkelijke rehabilitatie. We hebben equipment gekocht, we hebben verjonging gepleegd een nursery aangelegd, en tenslotte een feasibility study gedaan.”

Volgens Soerodimedjo is het nu wachten op de middelen om het grote rehabilitatieplan uit te voeren. Om de productie te kunnen verhogen moeten een aantal zaken in orde worden gemaakt. “Als je een productiegebied in ontwikkeling wilt brengen, zul je een aantal voorzieningen moeten treffen. Faciliteiten zoals een school, een rgd-poli en woningen moeten aanwezig zijn.” Hij stelt dat het noodzakelijk is om extra personeel aan te trekken. Indien het niet lukt om Surinamers te interesseren, zal worden uitgekeken naar buitenlanders, bijvoorbeeld Filipijnen. “Maar je móet Alliance ontwikkelen. Je kunt het niet zo laten, alleen omdat er geen arbeiders zijn,” zegt Soerodimedjo.

Advertentie