starnieuws

Nabestaanden 8 december vragen OAS-commissie voorzieningen

03 Sep 2014, 12:30

De procesgemachtigden Gaetano Best en Hugo Essed, de voorzitter van de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede, Betty Goede en Eddy Wijngaarde namens de Stichting 8 December 1982 tijdens een persconferentie. (Foto: Raoul Lith)
59 nabestaanden van de vijftien mannen die op 8 december 1982 zijn vermoord, hebben zich gewend tot de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Rechten van de Mens van de Organisatie van Amerikaanse Staten. Zij vragen een dertiental voorzieningen. Het verzoekschrift is op 29 augustus ingediend door procesgemachtigde Gaetano Best. Op een persconferentie vandaag in Theater Unique gingen de juristen Hugo Essed en Best in op het verzoekschrift.

De klacht wordt ondersteund door de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede, de Stichting 8 December 1982 en de Nuhanavic Foundation uit Amsterdam. Deze ngo betaalt de kosten van het proces.

De verzoekers vragen dat de Commissie een rapport samenstelt waarin de feiten van deze zaak in detail worden opgenomen alsook alle van toepassing zijnde wetgeving, verklarende dat de Republiek Suriname in overtreding is van haar internationale verplichtingen met betrekking tot de rechten van de nabestaanden van de 15 mannen die zijn gefolterd en standrechtelijk geëxecuteerd op 8 december 1982 en wordt aanbevolen dat Suriname:

(a) De nodige wetgevende en gerechtelijke maatregelen treft om de Amnestiewet 2012 onmiddellijk in te trekken en ongeldig te verklaren, voor zover het straffeloosheid voor mensenrechtenschendingen in stand houdt;
(b) De nodige gerechtelijke maatregelen treft voor de handhaving van de
onpartijdigheid en onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in het strafproces in de zaak van de decembermoorden;
(c) De schorsing van de vervolging met betrekking tot de 24 verdachten die is
uitgesprokenop11 mei 2012 in de zaak van de decembermoorden, opheft en het
strafproces tegen alle verdachten, waaronder voormalig legerleider Bouterse en de overige verdachten die geen beroep hebben aangetekend tegen voormelde uitspraak van de Krijgsraad, voortzet;
(d) De nodige gerechtelijke maatregelen neemt om de raadslieden van de nabestaanden volledig te laten deelnemen in het strafproces tegen alle 25 verdachten.
(e) De raadslieden van de nabestaanden een afschrift van het strafdossier inzake de decembermoorden verstrekt.
(f) De nabestaanden van het slachtoffer compenseert voor alle materiële en
immateriële schade veroorzaakt door haar handelen en nalaten in verband met het folteren en de buitengerechtelijke executie van de 15 mannen, waaronder inbegrepen de aanname van de Amnestiewet 2012;
(g) Een officieel en publiekelijk excuus aanbiedt aan de nabestaanden van het
slachtoffer voor het lijden veroorzaakt door de schending van hun rechten en de rechten van de 15 slachtoffers;
(h) ‘Bastion Veere’ officieel erkend als staatsmonument ter nagedachtenis aan de
decembermoorden en de slachtoffers daarvan, in overleg met en volledig rekening houdend met de wensen van hun familieleden en van de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede;
(i) Alle juridische kosten en honoraria moet vergoeden welke gemaakt en
verschuldigd zijn als gevolg van de voorbereiding en initiëren van de zaak, zowel nationaal als ten overstaan van de Commissie, en wel overeenkomstig de volgende verdeelsleutel:
i. US $95.000 (vijfennegentigduizend US-dollars) aan de Nuhanovic Foundation;
ii. US $ 25.000 (vijfentwintigduizend US-dollars) voor de kosten en honoraria in verband met de juridische vertegenwoordiging, die niet gedekt worden door de subsidie van de Nuhanovic Foundation;
iii. US $30.000 (dertigduizend US-dollars) aan de Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede en de Stichting 8 December 1982; en
iv. US $15.000 (vijftienduizend US-dollars) voor verwachte toekomstige
kosten;
(j) Een juridisch verbod uitvaardigt op de lasterlijke aantijgingen dat de 15 slachtoffers van de Decembermoorden een tegencoup aan het beramen waren of zijn doodgeschoten tijdens een vluchtpoging;
(k) De Organisatie voor Gerechtigheid en Vrede een eenmalige subsidie toekent ten bedrage van US $2.500.000 (twee miljoen, vijfhonderdduizend US-dollars) met het oog op de oprichting van een permanent, niet-gouvernementeel en onafhankelijk mensenrechtenfonds dat slachtoffers van mensenrechtenschendingen in Suriname zal bijstaan bij het verkrijgen van genoegdoening;
(l) Alle maatregelen moet nemen en uitvoeren, welke krachtens de nationale wet
vereist zijn om te garanderen dat amnestieverlening het onderzoek, de vervolging en de berechting van schendingen van mensenrechten niet zal verhinderen en dat gratieverlening de uitvoering van vonnissen uitgesproken ten aanzien van plegers van mensenrechtenschendingen niet in de weg zal staan;
(m) Alle maatregelen moet nemen en uitvoeren, welke krachtens de nationale wet
vereist zijn om te garanderen dat het Verdrag tegen Foltering rechtstreekse werking heeft in de Surinaamse rechtsorde en artikel 6 van dit verdrag wordt nageleefd.

Indien de Staat in gebreke blijft te reageren op dit verzoek binnen de
gespecificeerde periode vastgesteld door de Procedure regels van de Commissie of verzuimt te waarborgen dat de aanbevelingen van de Commissie worden nageleefd, dat de Commissie deze zaak zal voorleggen aan het Hof voor afdoening als een zaak op tegenspraak, zoals voorzien in artikel 50 van het Amerikaans Verdrag.

Advertentie

Friday 19 April
Thursday 18 April
Wednesday 17 April