Tegen Fayzel M. heeft rechter Sieglien Wijnhard een celstraf van twee jaar opgelegd voor mishandeling. Hij werd ervan verdacht zijn ex-vriendin om het leven gebracht te hebben. Het Openbaar Ministerie had in deze zaak tien jaar onvoorwaardelijk geëist, maar doodslag achtte de rechter niet bewezen. Wel is mishandeling vastgesteld, voerde Wijnhard aan.

De rechter merkte op dat in het rapport van de patholoog-anatoom is opgenomen dat het slachtoffer nog in leven mishandeld is. Er is met een stomp voorwerp geslagen op haar rug en aan haar hoofd, waardoor er onderhuidse bloedingen zijn ontstaan. Na de dood kunnen er geen bloedingen ontstaan. Wel stelde de deskundige vast dat het slachtoffer door die mishandeling niet dood gegaan kan zijn. Zij is door verdrinking om het leven gekomen. De patholoog-anatoom kon niet vaststellen of het slachtoffer geduwd was in de Surinamerivier of zelf gesprongen is. Het lijk was al in ontbinding. “Of het slachtoffer gegooid, geduwd of gesprongen is, is niet beantwoord. Hierdoor is doodslag niet bewezen. U zult het beter weten en het slachtoffer is er niet meer om te getuigen”, stelde Wijnhard.

Eerder op de rechtszitting voerde officier van justitie, Astrid Niamat, aan dat de verdachte het slachtoffer in hulpeloze toestand achtergelaten had, de politie niet ingeschakeld had en hoopte dat zij de oever van de Surinamerivier al zwemmend zou bereiken op die bewuste dag. Zij stelde dat er tal van belangrijke bewijsmiddelen zijn. De verdachte heeft verschillende verklaringen afgelegd bij de politie en in de rechtszaal. Daarnaast was hij bang om de politie in te schakelen, omdat zijn vader en zijn vrouw erachter zouden komen dat hij een relatie had met het slachtoffer. De tas met inhoud van het slachtoffer gooide hij in het Saramaccakanaal. Ook haar mobiel werd weggegooid. Verder bleef Fayzel M. op het mobielnummer van het slachtoffer bellen, zodat de politie hem niet zou verdenken. Niamat vindt dat moord niet is bewezen, maar doodslag met voorbedachte rade wel.

Wanita Ramnath

Advertentie